De Tarzan in de Science Fiction:
Spannende avonturen van John
Carter
De
Uitgeversmaatschappij Westfriesland te
Hoorn is enige tijd geleden begonnen met
het uitgeven van de John Carter-serie
van de bekende Tarzanschrijver Edgar
Rice Burroughs. Deze serie heeft
behoorlijk wat succes, en dat is geen
wonder, als men bedenkt, dat alle
Tarzan-ingrediënten in de
Carter-verhalen zijn verwerkt met
bovendien nog een behoorlijk portie
fantasie in de pure sciene
fiction-sfeer.
De avonturen van John Carter op de rode
planeet Mars - volgens de fantasieën van
Burroughs een werkelijke oorlogsplaneet
vol met oorlogszuchtige stammen - zijn
in zekere zin te vergelijken met de
boeken van Jack Vance over de woeste,
waanzinnige planeet Tschai. Vreemde
volkeren, mensachtige en beestachtige
wezens, woeste monsters en een vreemd,
fascinerend landschap. Natuurlijk zijn
verschillende van de gegevens, zoals
Burroughs ze verstrekt reeds door tal
van Amerikaanse en Russische Mars-sonde
achterhaald, maar dit maakt weinig of
geen verschil uit voor de lezer, die
onwillekeurig - ondanks het sceptisme
waarmee hij misschien begint te lezen -
verstrikt raakt in de spanning, die
Burroughs op zijn zo eigen wijze weet op
te roepen.
Het zijn stuk voor stuk heldhaftige
verhalen, waarin de romantiek en de
liefde van John Carter voor zijn prinses
van Mars een grote rol speelt. In de
eerste drie delen van dit science
fiction-epos (Prinses van Mars, Goden
van Mars, Opperste Krijgsheer van Mars)
weet de avonturier uit de Amerikaanse
staat Virginia de meeste volkeren van
Mars aaneen te smeden tot één vredig
volk. Dat gaat uiteraard met veel
avonturen vol strijd en geweld gepaard,
waarbij John Carter als een soort
supermens (vergelijk dit met Tarzan..)
de volkeren van Mars veruit de baas is.
Hij verovert het hart van de rode
prinses Dejah Thoris, roeit en passant
de "goden van Mars" uit, wist hun valse
godsdienst van de Marsbodem, jaagt
achter de wegvluchtende heersers van het
dodenrijk aan en belandt tenslotte in
het hoge noorden, waar hij het oude volk
van Mars, een geel ras, ook tot de orde
roept en de tiran de dood in drijft,
zodat een nieuw tijdperk voor de
verdrukten kan beginnen.
John Carter doet zo nu en dan aan een
aardse god denken, die het karwei van
vuilnisman op zich heeft genomen en dat
met veel verve en enthousiasme beoefent.
Hij brengt vrede op Mars - zij het
beperkte vrede - en verwekt een zoon
(hoe kan het anders .. ). Op zich gaat
dat al heel anders als bij de mensen in
Virginia thuis. Op Mars worden namelijk
eieren gelegd, die vijf jaar lang
uitgebroed dienen te worden in een soort
broeikas. Zowel de mensen op Mars als de
mensachtige groene mannen van Mars met
hun enorme slagtanden hebben ditzelfde
systeem van voortplanting. Omslachtig en
gevaarlijk, want meer dan eens wordt een
heel nest met eieren door andere,
vijandige stammen vernietigd.
John Carter is een sympathiek mens,
ondanks de bloeddorstige
strijdtaferelen, waarin hij een
belangrijke - zo niet hoofdrol- speelt.
Hij zal het - evenals zijn aardse
tegenhanger Tarzan - nog ver brengen in
deze tijd, waarin de science fiction
steeds meer wordt gelezen en
gewaardeerd.
Uiteraard beleeft zijn zoon Carthoris,
eveneens boeiende en fascinerende
avonturen op de planeet Mars. Dat
gebeurt in het vierde deel, "Thuvia van
Mars", waarin de zoon van John Carter
verliefd wordt op de Jeddaksdochter,
Thuvia. Thuvia wordt ontvoerd en dat
heeft allerlei nieuwe avonturen op het
woeste Mars-landschap tot gevolg.
Uiteraard loopt alles goed af.
De John Carter-serie van Edgar Rice
Burroughs is een uitstekend geschreven
odyssee van een aardse sterveling op de
stervende planeet Mars met hun
onsterfelijke bewoners. Voor de
liefhebbers van avontuurlijke science
fiction (met het accent op avontuur) een
aantrekkelijke serie om direkt aan te
schaffen.
Uitgegeven door de uitgeversmaatschappij
Westfriesland te Hoorn. Prijs per deel f
5,90 (eerste deel f 4,90).
|