De Terugkeer van Tarzan
door Edgar Rice Burroughs
(5)
13. "Kom", fluisterde het dansmeisje. Ze kropen uit de tent en
bereikten het pad zonder ontdekt te zijn. "Ik begrijp het
niet!" zei Tarzan. "Hoe is het mogelijk, dat u me hebt kunnen
redden?" Ze lachte. "Ik heb een lange weg afgelegd vannacht en
we moeten nu ver lopen, voordat wij veilig zijn. Zij liepen nu
door de woestijn in de richting van de bergen. "U bent een
moedig meisje" zei Tarzan, "om zo'n risico te lopen voor een
vreemdeling". Ze keek hem trots aan. "Ik ben de dochter van
Sheik Kadour ben Saden", antwoordde ze. "Ik zou mijn vader
onwaardig zijn, als ik niet — mijn leven had gewaagd voor den
man, die het mijne redde, terwijl hij dacht, dat ik maar een
gewoon dansmeisje was. Mijn neef, die lid van deze troep is,
vertelde ons van het complot. Toen ben ik alleen op weg gegaan
met twee paarden". Maar toen ze op de plaats aankwamen, waar
de paarden waren vastgebonden, waren deze verdwenen. Ze uitte
een kreet van schrik. Tarzan bukte zich om de grond te
onderzoeken. "El Adrea, de leeuw is hier geweest", zei hij,
"maar de paarden zijn ontsnapt". Er zat dus niets anders op
dan de tocht te voet voort te zetten. Vaak hielden zij stil om
te luisteren, of zij niet achtervolgd werden. Juist toen ze
een scherpe bocht van de weg hadden bereikt, werden ze
gedwongen stil te houden.
14. Voor hen, midden op het pad stond "El Adrea", de leeuw.
Zijn groene ogen fonkelden boosaardig, terwijl hij zijn tanden
liet zien en met zijn staart tegen zijn flanken sloeg. Daarna
brulde hij — dat vreselijke gebrul van een hongerigen leeuw.
"Uw mes", zei Tarzan tegen het meisje. "Vlug!" Toen zijn
vingers het heft omklemden, trok Tarzan het meisje achter zich
en zei haar te vluchten. "Dat is nutteloos", antwoordde zij
gelaten. "Dit is het einde!" Nu stond de aapman half gebukt.
Het lange Arabische mes glinsterde in het maanlicht. De leeuw
nam zijn sprong. Vlug en lenig sprong Tarzan op zij.
Verwonderd keek het meisje naar het gemak, waarmede Tarzan de
grote klauwen ontweek. En nu — O Allah! — hij had "El Adrea"
achter de schouder gegrepen en hield hem bij de manen vast,
voordat de leeuw zich kon omdraaien! Het grote dier draaide
zich op zijn achterpoten om. Tarzan wist, dat hij dit zou doen
— en was gereed. Een reuzenarm knelde zich om de keel van het
dier. Het scherpe mes verdween vele malen in het lichaam, voor
en achter de schouder. Toen Tarzan van de Apen het dier
tenslotte los liet, rolde de leeuw dood aan zijn voeten. Toen
maakte de dochter der wildernis iets mee, dat haar nog meer
verschrikte dan de aanwezigheid van "El Adrea".
15. Tarzan zette zijn voet op het lichaam van het dode
dier en zijn knap gezicht omhoog naar de volle maan gekeerd,
uitte hij de vreselijkste overwinningskreet, die het meisje
ooit had gehoord. Met een gil van angst trachtte zij hem te
ontvluchten — zou hij plotseling krankzinnig geworden zijn?
Tarzan liet zijn ogen op het verschrikte meisje rusten, en
zijn vriendelijke glimlach stelde haar gerust "Dat, wat je
daar deed, was iets ongehoords", zei ze. "En die kreet! Die
had niets menselijks!" Maar de aapman gaf geen verklaring van
zijn zonderling gedrag, toen ze, na de paarden eindelijk te
hebben opgevangen, hun tocht voortzetten. Zonder verdere
incidenten bereikten zij het dorp, waar het meisje woonde.
Nadat de dochter haar wederwaardigheden aan haar vader had
verteld, verenigden de oude sheik en zijn mannen zich in
oprechte bewondering rond Tarzan. Daarna wilden zij hem als
een der hunnen in de stam opnemen. Een week bleef hij bij hen
als hun geëerde gast, en vermaakte zichzelf kostelijk. Daarna
nam hij echter weer afscheid van het meisje en haar
stamgenoten en reed weg. Terug in Bou Sader, werd Tarzan door
de officieren hartelijk welkom geheten, ze waren verwonderd,
dat zij hem levend en ongedeerd terug zagen. Orders uit
Frankrijk gaven hem instructies om met de eerstvolgende boot
naar Kaapstad te vertrekken. Maar één ding besloot hij eerst
te doen, want in het dorp van den Sheik had hij een aantal
belangrijke inlichtingen gekregen.
De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.