home

De Wilde Beesten van Tarzan
door Edgar Rice Burroughs


(3)



7. Met een zacht gebrom kwam het dier naar Tarzan. De twee jaren, die de aapman had doorgebracht in de beschaafde wereld, hadden slechts weinig invloed gehad op de sterke spieren, die hem tot den ongekroonden koning van de jungle hadden gemaakt. Maar, ongewapend, in een strijd met den groten, breedgeschouderden aap was een onderneming, die hij nauwelijks aangedurfd zou hebben, in welke periode ook van zijn wild bestaan. Als beschaafd mens had Tarzan zich zekere methoden van wetenschappelijke verdediging eigen gemaakt, die onbekend waren bij de jungledieren. Enkele jaren geleden zou hij dit monster tegemoet getreden zijn met brute kracht. Nu herinnerde hij zich een avond in een Londense athlethiek-vereeniging, toen de ene bokser onverwachts de sterke rechtervuist in de maagstreek van den ander plaatste. Hij sloeg zijn vuist naar de maag van den groten aap. Het grote dier sloeg dubbel en zonk op de grond. Voordat hij zich weer op kon richten, zat de blanke furie boven op hem. Nu was hij weer helemaal Tarzan, de stiefzoon van Kala, de apin. Met een triomfantelijke kreet klemde hij de harige nek van zijn vijand in zijn ijzeren greep. Rondom het vechtende paar stond de rest van de troep der apen de strijd gade te slaan en maakte een geweldig spektakel. Af en toe stootten zij lage keelgeluiden uit om hun bijval te betuigen, als de strijd in het voordeel van hun makker scheen te zullen verlopen. De krachtige vingers van Tarzan hielden het dier om zijn nek vast, terwijl hij zijn andere hand als een stoomhamer op de met schuim bedekte kop van den aap liet neerkomen.



8. Maar spoedig werd de troep stil van verwondering en ontzag. Zij zagen de machtige, witte aap balanceren op de rug van hun koning. Met stalen spieren hield hij het dier om zijn zware nek vast. De koning der apen gilde van angst en spartelde hulpeloos op de grond, die met junglegras was begroeid. De trotse mensapen, die de strijd in spanning volgden, hoorden het breken van de nek van hun koning. Toen viel het grote hoofd voorover op de harige borst. Ze zagen, hoe de nieuweling een voet op de rug van zijn overwonnen tegenstander zette en terwijl hij zijn hoofd achterover gooide, de wilde, vreselijke overwinningskreet der mensapen liet horen. Deze vreselijke klanken rolden door de jungle. De kleine apen in de toppen der bomen staakten hun gesnater. De krijsende, met bonte veren getooide vogels werden stil. Van heel ver kwam het antwoord van een luipaard en het zware gebrul van een leeuw. Toen wisten de kraalogige apen, dat hun koning dood was. Tarzan keek de dieren vragend aan. Wat zou hun volgende daad zijn? Een van de jongere apen, een buitengewoon gespierd dier, kwam dichter en dichter naar den aapman toe. Tussen zijn ontblote tanden door liet hij een dreigend gegrom horen. Tarzan stond doodstil en wachtte. Hij zag, dat het beest van reusachtige afmeting was, meer dan zeven voet lang op zijn korte, gebogen poten. Met stijve, houterige bewegingen begon het rond den waakzamen aapman heen te lopen.



9. Plotseling ontdekte Tarzan, dat de taal van zijn troep dezelfde was als die van zijn eigen vroegere apenfamilie. "Wie ben je?" vroeg hij. "Wie bedreigt Tarzan van de Apen?" De aap keek hem verwonderd aan. "Ik ben Akoet", antwoordde hij in dezelfde eenvoudige, primitieve taal. "Ik ben nu de koning. Ga weg, of ik zal je doden. Er is er niet één zo groot als Akoet." "Laat ons vrienden zijn", zei Tarzan. "Je kunt Akoet niet doden", hernam de ander. "Niemand anders zal koning zijn dan Akoet." Als antwoord wierp de aapman zich op den grooten aap, die gedurende het gesprek zijn voorzichtigheid even uit het oog had verloren. In een oogwenk had de man de vuist van den grooten aap vastgegrepen, draaide hem snel rond, voordat de ander hem kon vastpakken. Zij vochten samen. Langzaam drukte Tarzan de nek van het dier naar beneden. "Ka-goda?" fluisterde Tarzan tot de aap onder zich. In de taal der apen wilde dit zeggen: "Geef je je over?" Akoet dacht aan het krakend geluid, dat hij had gehoord vlak voordat de nek van Molak, den ouden koning, was gebroken en huiverend trachtte hij zichzelf te bevrijden. Maar een plotselinge harde druk op zijn nekwervel bracht het angstige: "Ka-goda" over zijn lippen. Tarzan verminderde zijn greep en Akoet rees langzaam overeind. Terwijl hij zijn geweldige kop schudde en woedend gromde, waggelde hij naar zijn troep terug. Dadelijk vluchtte de hele troep de jungle in en liet Tarzan, die verschillende wonden had opgelopen, alleen in de jungle achter.
 




vorige volgende


De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.