home

Tarzan en de Verboden Stad
door Edgar Rice Burroughs

(43)
 


127. Terwijl de dreigende drietanden op Tarzan worden gericht, roept een van de in het wit gekleede figuren uit: "Halt, in naam van Chon!" "Chon?" vraagt Tarzan verwonderd, "en Chon is dood". "Ik ben Chon", antwoordt een der mannen. "wat weet U van mij?" "Herkoef vertelde het mij." Nu was het de beurt van Chon om verwonderd te zijn. "Herkoef!" fluistert hij, "leeft Herkoef dan nog?" "Ja", antwoordt Tarzan "hij is nu onderweg naar Thobos met de cassette, waarin "De Vader der Diamanten" wordt bewaard, die hij gevonden heeft in Uw galei, die na de schipbreuk op den bodem van het Horus-Meer lag". Chon slaakt een zucht van verlichting. "Toen de galeien van Atka mij aanvielen, trok ik mijn waterpak aan en ontsnapte. En met mij enkele van mijn getrouwen. Wij hebben hier al deze jaren rondgedoold, wachtende op een gelegenheid om ons te wreken op Koningin Atka en haar woeste Athairianen." Tarzan denkt snel na. Hij tracht een plan te beramen waarbij hij van de hulp van Chon gebruik zal kunnen maken in een opmarsch tegen Athair. Helen en Magra moeten nu gered worden uit den greep van de koningin Atka. Het is een gevaarlijk plan, dat Tarzan oppert, maar de geweldige aapman kent geen vrees.



128. Nadat Tarzan zijn plan om naar De Verboden Stad te gaan en Helen en Magra te bevrijden heeft ontvouwd, roept Chon zijn priesters om hem te volgen. En zoo brengt Tarzan zijn vreemde strijdkrachten, menschen en apen, naar het gevaarlijke oord, vanwaar nooit iemand is teruggekeerd. In de nabijheid van Athair gekomen. besluit Tarzan eerst even alleen op verkenning uit te gaan. Hij ziet schildwachten op de stadsmuren staan. Een plotselinge aanval is onmogelijk, hij zal echter niet wachten tot het donker is geworden, hij moet alles riskeeren en een wanhopigen strijd aanbinden! Zelfs als zijn hopelooze onderneming gelukt, dan valt het nog te betwijfelen, of hij den toegang tot de stad tijdig genoeg zal kunnen forceeren, om Helen en Magra te redden. De beide meisjes zijn door hun bewakers reeds voor de wreede koningin gebracht. "Er zijn vele manieren, waarop jullie gedood kunnen worden", roept de koningin uit, "en in het eerstvolgende uur zal ik beslissen, op welke wijze jullie ter dood gebracht zullen worden. Intusschen zullen jullie je laatste levensuren doorbrengen in den kerker onder het paleis!"



129. Koningin Atka maakt met haar hand een bevelend gebaar. Soldaten grijpen Helen en Magra vast en sleuren haar naar den onderaardschen kerker, waar zij het laatste uur van hun leven zullen doorbrengen. "Nu", raast Atka, "moeten wij Tarzan gevangen nemen en hem doodmartelen!"
In dien tusschentijd keert Herkoef met de kostbare cassette, waarin "De Vader der Diamanten" ligt, naar Thobos terug en vertelt, dat de sterke Tarzan er in geslaagd is, het heilige embleem weer te bemachtigen. "En", vervolgt Herkoef, "Tarzan en zijn vrienden bevinden zich bij Athair in groot gevaar." Herat beveelt de oorlogsgaleien in gereedheid te brengen. "Wij zullen het kwaad, dat Atka ons en onzen god heeft aangedaan, wreken", roept hij uit, "en wij zullen hen, die onze vrienden zijn, redden."
Maar Koning Herat weet niet, hoe wanhopig de toestand van Tarzan is. De koning van de jungle heeft zijn troep apen, evenals de menschen, bevel gegeven De Verboden Stad te bestormen. De bewakers op de muren maken alarm. Groote legerafdeelingen haasten zich om de aanvallers te overmeesteren. De aanval van Tarzan heeft iets van een klucht.





De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.