De Terugkeer van Tarzan
door Edgar Rice Burroughs
(15)
43. De zon kwam juist op, toen Tarzan met oneindig veel moeite
en grote gevaren, de grote rotsen bereikte. Ver beneden hem
zag hij rook opstijgen boven de boomtoppen. "Mensen!" dacht
Tarzan, "misschien de vijftig, die uitgezonden zijn om mij
gevangen te nemen". Hij begon nu op een draf naar de vallei te
lopen. Behoedzaam naderde hij het kampvuur. Zijn zwarte
Waziri-krijgers zaten er omheen gehurkt. Hij riep hen toe in
hun eigen taal: "Sta op, kinderen en groet jullie koning !"
Met kreten van verbazing en vrees sprongen de mannen op.
Tarzan sprong vlug van een overhangende tak midden tussen hen
in en ze werden half gek van vreugde, dat zij hem weer levend
voor zich zagen. Tarzan vertelde zijn avonturen en liet hun de
metalen staven zien, die hij gevonden had. Daarna sprak hij
van zijn plan om terug te keren en een groot aantal van deze
staven te halen. En toen de duisternis inviel over de verlaten
vallei, marcheerden zij terug naar Opar. Tegen middernacht
waren ze weer in hun kampplaats terug, ieder droeg twee gouden
staven. Aan het einde van de dertigste dag werd het tijd, dat
zij terugkeerden. Tarzan vroeg hen het kamp op te breken, de
staven goud achter te laten en naar hun dorp, naar hun vrouwen
en kinderen terug te keren. "En u, Waziri?" vroegen zij. "Ik
zal hier nog enkele dagen blijven, mijn kinderen", antwoordde
hij. Toen ze vertrokken waren, nam Tarzan twee der gouden
staven, sprong in een boom en rende vlug naar een open
terrein, diep in de jungle.
44. Vijftig keer legde Tarzan deze tocht af, voordat hij al
het goud veilig had opgeborgen in het geheime amphitheater van
de grote apen. Zo dicht was de plek rondom begroeid en
omwoekerd met klimplanten en grote cactussen, dat zelfs
Sheeta, de luipaard, er niet binnen kon komen, noch de
olifanten met hun geweldige kracht. Toen ging hij op weg om
zijn oude hut een bezoek te brengen, voordat hij naar de
Waziri's terugkeerde. Alles was er, zoals hij het verlaten
had. Hij ging op jacht en schepte behagen in het vooruitzicht,
dat hij die nacht op een gemakkelijk bed zou slapen. Terwijl
hij langs de oevers van een rivier rondzwierf, strekte hij
zich uit op het zachte gras. Ver naar het Zuiden hoorde hij
een bekend geluid — hij kon het niet misverstaan. Het was het
voorbijtrekken van een troep grote apen. Hij luisterde, ze
kwamen zijn kant uit. Tarzan klom in de bomen en wachtte om de
nieuw aangekomenen te zien. Opeens een gekwetter, harige
gezichten op de takken tegenover hem. Tarzan kon verstaan wat
ze zeiden. De leider vertelde de andere leden van de troep,
dat de kust vrij was. Zeker een honderd apen volgden hun
leider. Tarzan herkende vele leden van de troep. Het was
dezelfde, waarin hij als baby was opgenomen! Verschillende
volwassen dieren waren in zijn jeugd aapjes geweest. Hij vroeg
zich af, of ze hem zouden herkennen. Tarzan wandelde tot het
eind van een overhangende tak om hen na te kijken. De scherpe
ogen van een apin hadden hem het eerst ontdekt.
45. Met een hels kabaal vestigde de apin de aandacht van
de anderen op den indringer. Verschillende grote apen gingen
rechtop staan om een beter gezicht te hebben. Met diepe,
grimmige keelgeluiden, de tanden ontbloot, de hals naar voren,
kwamen zij langzaam op Tarzan toe. "Karnath, ik ben Tarzan van
de Apen", zei de aapman in de taal van de troep. "Herken je me
niet meer? We hebben samen Numa aangevallen, toen wij nog
kinderen waren". De grote aap, waar hij tegen sprak, stond
stil met een blik van stomme verbazing. "En Major", vervolgde
Tarzan, "herken je je vroegeren koning niet meer, hij die de
machtige Kerchak versloeg? Kijk naar me. Ben ik niet dezelfde
Tarzan — machtig jager — onoverwinnelijk vechter — die jullie
reeds vele jaren kennen?" De apen kwamen dichterbij in
verwondering, terwijl ze onder elkaar praatten. "Wat wil je nu
onder ons?" vroeg Karnath. "Alleen vrede", antwoordde de
aapman. Weer spraken de apen met elkaar. Tenslotte zei
Karnath: "Kom dan in vrede, Tarzan van de Apen". En Tarzan
sprong licht midden tusschen de leden van deze trotse,
vreselijke horde. Er hadden geen begroetingen plaats, zoals
bij de mensen gebruikelijk is na een afwezigheid van twee
jaar. De apen gingen weer aan hun bezigheden. Zij besteedden
niet meer aandacht aan Tarzan, dan wanneer hij in het geheel
niet bij de troep weggeweest was. Zelfs de jongere apen, die
eerst nog wat nieuwsgierig waren, lieten hem spoedig met rust!
De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.