Tarzan en de Verboden Stad
door Edgar Rice Burroughs
(10)
28. In de overtuiging, dat het blanke
meisje alleen is, zijn de wilden niet al te voorzichtig bij
hun aanval. Lang voordat het noodig is, springen ze op en
rennen, luid schreeuwend met hun speren zwaaiend, op haar
af. Een oogenblik is Helen als verlamd van schrik. Dan,
ondanks haar moeheid, wordt ze als het ware geëlectriseerd,
ze keert zich om en vlucht. Licht en getraind schijnt het
een oogenblik, dat haar voorsprong zich vergroot. Als ze het
bosch kan bereiken, kan ze hun misschien ontkomen, maar ook
de wilden rennen, wat ze kunnen. Juist als het lijkt, alsof
Helen zal winnen, wordt haar de weg versperd door een
grooten leeuw, die uit het kreupelhout te voorschijn komt.
De wilden maken groot misbaar. Het dier, dat door al dat
geschreeuw verwonderd om zich heen kijkt, blijft een
oogenblik stil staan en de arme Helen zit nu in de val. Ze
kan niet voor- en niet achteruit. Ze keert zich naar rechts
— een moedige, maar nuttelooze poging om zichzelf te redden.
De leeuw volgt haar. De drie krijgers, die niet bang
schijnen te zijn, rennen naar het dier toe, misschien kunnen
ze het neervellen, maar op dat oogenblik struikelt Helen en
valt.
29. De leeuw springt op haar af, maar
door het geschreeuw van de kannibalen wordt hij afgeleid.
Voordat hij zich op het meisje heeft kunnen werpen, hebben
de wilden hem bereikt en doorboren zij hem met hun speren.
Chemumgo snelt op Helen toe en helpt haar opstaan. Ze is te
veel ontdaan om nog angst te kunnen voelen. In ieder geval
leeft ze nog. Later vraagt ze zich af, of het niet beter was
geweest, als het groote dier haar maar verslonden had. Want
in het dorp van Mpingoe, waar de wilden hun gevangene heen
gebracht hebben, slaan de vrouwen haar, omdat ze haar om
haar schoonheid haatten. Intusschen brengt Chemungo zijn
vader, den koning van het dorp, verslag uit van zijn roof.
"Ze was alleen", zegt Chemungo tegen Mpingoe, "geen blanke
man weet, dat wij haar buitgemaakt hebben. De
kannibalenkoning likt zijn lippen af. "Het is lang geleden,
dat wij blank vleesch gegeten hebben. Laat de vuren stoken!
Laat het water aan de kook brengen! Vannacht zullen wij
feest vieren!"
30. Het is druk in het dorp der
Mpingoe's. De vuren knetteren. Het water in de kookpotten
borrelt. De vrouwen schreeuwen opgewonden. Beschilderde
krijgslieden wachten op het teeken, dat de doodendans zal
beginnen. Mpingoe, de koning geeft zijn bevelen. "De
trommels!" Langzaam, zacht eerst, daarna harder, klinkt het
doodelijke rhythme der tam-tams door de omgeving. De wilden
beginnen te dansen, den woesten, opwindenden dans, die zal
eindigen met den dood van het blanke meisje, dat aan een
paal vastgebonden staat...
Tarzan, die door het bosch loopt, hoort heel in de verte het
geluid van de trommels. Dit brengt hem de vreeselijke
tijding van een marteling en dood. Hij hoort, dat het geluid
onmiddellijk uit de richting van het dorp der Mpingoe's
komt. Maar of hij nog op tijd zal komen om het slachtoffer
te redden is een vraag, die alleen het noodlot kan
beantwoorden. De dans van de wilden heeft bijna zijn
hoogtepunt bereikt. Ze zijn dronken van bloeddorst, en een
van de dansers wil juist zijn speer in Helen's hart planten!
De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.