Tarzan en de Verboden Stad
door Edgar Rice Burroughs
(26)
76. Als Tarzan volhoudt, dat hij van
plan is naar Athair te gaan, zegt koning Herat: "Wij zullen
soldaten zenden om U te helpen. Dit is geen taak, die een
man alleen kan volbrengen." "Zelfs geen honderd menschen",
zucht koningin Mentheb, "dat hebben wij geprobeerd." De
aapman schudt het hoofd. "Ik ga alleen", zegt hij, maar
Tarzan kan de smeekbeden van Ogabi niet weerstaan, die de
gevaren van Athair wil trotseeren om bij zijn geliefde Bwana
te kunnen blijven. Ogabi is een uitstekend sporenzoeker en
jager, zoodat hij Tarzan van onschatbare waarde zal kunnen
zijn. "Maar mijn zoon en dochter zijn daar", zegt de oude
man huiverend. "het is mijn plicht om te doen, wat ik kan,
om hen te helpen." Tarzan antwoordt kortaf: "Als zij nog in
leven zijn, zal ik hen bij U terugbrengen. Als ik niet
terugkom, dan kunt U er van verzekerd zijn, dat wij allen
gedood zijn"...
Op datzelfde oogenblik leeft Helen nog, maar het lijkt er
wel op, dat dit nog slechts een kwestie van enkele seconden
is. De priester Zytheb, wien zij als slavin is toegewezen,
komt met opgeheven dolk op haar toe. Ontvluchten schijnt
onmogelijk.
77. Wanneer de woedende Zytheb op haar
af komt, vecht Helen instinctief voor haar leven. Zonder er
bij te denken, grijpt zij een vaas van een tafel en smijt
die naar zijn hoofd. Wanneer de priester tegen den grond
slaat, begrijpt zij, dat zij hem gedood heeft, doch zij
heeft geen medelijden met hem. Maar wat moet zij nu doen?
Zij kan niet ontkomen uit dit vreeselijke paleis onder
water. Maar toch wil zij het probeeren. Snel neemt zij de
sleutels van Zytheb af en zijn dolk, sluipt daarna door de
gang en tracht de troonzaal te vinden. Eindelijk staat zij
voor een deur. Is dit het vertrek, dat zij zoekt? Zij
aarzelt een oogenblik, daarna opent zij de deur. Het is de
troonzaal, verlaten, behalve door de slapende gevangenen.
Het meisje haast zich naar de kooi waarin Lavac zich
bevindt. Lavac ontwaakt. "Hoe ben je hier gekomen?" vraagt
hij verwonderd. "Stil!" waarschuwt het meisje, "ik zal U en
Brian bevrijden, dan kunnen wij een plan maken om te
ontvluchten." Lavac schudt vertwijfeld het hoofd. "Wat zou
het ons helpen als wij uit de kooien konden komen? Wij
kunnen den tempel niet uit."
78. Zoodra de sleutel in het slot
omgedraaid is, duwt Lavac de deur van zijn kooi open, slaat
zijn armen om Helen heen, en drukt een kus op haar
voorhoofd. Maar ondanks deze uiting van blijdschap blijven
zij waakzaam voor de gevaren, die hen dreigen. "Wat moeten
wij nu doen?" vraagt Lavac. "Er is een geheime uitgang in
den tempel", legt Brian uit, die nu ook uit zijn kooi
bevrijd is, "de priesters gebruiken hem als de lift buiten
werking is." "Waar is dat?" vraagt Lavac haastig. "Ik weet
het niet", antwoordt Brian, "maar een van de gevangenen hier
is een vroegere priester." "Wij zullen alle gevangenen
bevrijden", stelt Helen voor en zij loopt van kooi tot kooi,
maakt de deuren open met de sleutels, die zij Zytheb heeft
afgenomen. "Dat is Herkoef, de vroegere priester", zegt
Brian, terwijl hij op een uitgeteerden man wijst, die uit
zijn kooi strompelt. Herkoef kent den geheimen doorgang en
hij wil hen er doorheen brengen, doch hij waarschuwt hun,
dat zij vast en zeker allen weer gevangengenomen zullen
worden, voordat zij het einde van den doorgang hebben
bereikt. "En dan wacht ons de marteldood", zucht hij, "of
een leven vol gevaren als wij er in slagen te ontsnappen."
De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.